De Muur van Moore

In 1954 gaf de vereniging Nederlandse Baksteenindustrie de opdracht aan de Britse Beeldhouwer Henry Moore om een ontwerp te maken voor een baksteensculptuur van ca. 8,5 meter bij 19 meter aan de noordzijde van de nieuwe vleugel van het Bouwcentrum, naast de nieuwe ingang aan het Weena.
Het was architect Boks zelf die met het idee kwam om deze wand als een sculpturale bakstenen wand te laten ontwerpen. Dat Henry Moore hiervoor werd aangezocht is gezien zijn oeuvre vreemd, omdat het vrijwel zijn enige werk zou blijven dat in baksteen is uitgevoerd, en omdat hij beroemd is geworden met vrijstaande bronzen sculpturen. Maar de opdrachtgever, de vereniging Nederlandse Baksteenindustrie, stond erop dat het kunstwerk werd vervaardigd in de normale bakstenen waarmee zij bouwden en die elders in het gebouw werden toegepast.

Reactie van Henri Moore op Boks’ verzoek.

Voor hij de opdracht aannam deed Moore zelf in Nederland onderzoek naar de mogelijkheden van baksteen en de staat van de Nederlandse metselkunst. Hij ontdekte dat deze op een zeldzaam hoog niveau stond wat betreft formele mogelijkheden en tevens dat de gebruikte bakstenen in Nederland kleiner waren dan die hij kende in Engeland en dus meer mogelijkheden boden voor sculpturale manipulatie. Op basis van zijn onderzoek maakte hij een gipsmodel van zijn ontwerp, dat door de opdrachtgever en de architect werd geanalyseerd.
Boks maakte op basis van het ontwerp constructietekeningen voor de muur, ondermeer met bewapeningen die de uitstulpende mensfiguren zouden kunnen dragen. Op basis hiervan werden twee oudere metselaars die het vak in de jaren twintig en dertig hadden uitgeoefend (vóór de zo door het Bouwcentrum zelf gepropageerde industrialisatie en rationalisering) ingehuurd om de muur op te metselen aan de hand van het gipsmodel van Moore en de bouwtekening van Boks. Iedere week werden foto’s van de vorderingen naar Moore in Engeland gestuurd, die ze met aantekeningen terugstuurde. Bij zijn bezoek aan de bouwplaats toen een groot deel al was gerealiseerd, bleek dat de laatste beeldhouwkundige ingrepen die hij van plan was te doen niet nodig waren, zo trouw hadden de metselaars en de architect het ontwerp uitgevoerd.

Het kunstwerk bestaat uit 16000 handvorm klinkers die in een structuur van geometrische en biomorfe vormen zijn gemetseld. Langs de onderkant zien we een serie bouwkundig aandoende balk- en blokvormen, met daarin ronde gaten, die terugkomen langs de bovenkant van de wand; aan de linker en aan de rechterkant zijn zones waarin een patroon van verticale richels van boven naar onder lopen, op plekken doorkruist met horizontale richels. In het midden boven een patroon van lichtelijk uitstulpende horizontale banden komen zes vagelijk zoö- en antropomorfe figuren naar voren; drie grote, twee kleinere en weer een grote.

De bovenstaande tekst over het ontstaan van de muur bestaat uit citaten uit:
Het Bouwcentrum en Wall Relief no 1: Cultuurhistorische analyse en aanbevelingen
door: Crimson Architectural Historians (Ewout Dorman, Wouter Vanstiphout, Cassandra Wilkins)
In opdracht van de Architekten Cie. en Maarsen Groep vastgoedinvesteringen
Rotterdam, augustus 2011

In onderstaand filmpje vertelt architectuurhistoricus Wouter Vanstiphout de geschiedenis van de “Muur van Moore”. Deze film, waarin ook veel oud fotomateriaal, werd gemaakt ten tijde van de sloop van dit bouwdeel.

In 2012 is het Weenagebouw gesloopt, waarbij de Muur zorgvuldig is losgemaakt en gefixeerd in in een frame. Dit geheel is tijdens de funderingswerkzaamheden ‘even opzij gezet’, de muur was bijna drie jaar lang te vinden voor de parkeergarage op het binnenterrein.
Hier een timelapse-filmpje van het wegzetten:

Op vrijdag 16-1-2015 is de muur teruggereden naar zijn oorspronkelijke plaats:

Vervolgens is het complex First Rotterdam erachter opgebouwd. Het is de architecten helaas niet gelukt om een esthetische oplossing te vinden voor de inpassing in de nieuwbouw. De Muur staat een beetje verloren in het uiterste hoekje, zonder samenhang met het grote geheel, met vreemd schuingeplaatste ‘bovenlichtjes’ erboven die het verschil met de verdiepingshoogte overbruggen. Gemiste kans, maar laten we blij zijn dat de Muur behouden is op zijn oorspronkelijke plaats (al was die natuurlijk qua lichtval ook niet optimaal, zoals Moore zelf al had geconstateerd).

One more wall…

In opdracht van First Rotterdam is aan de achterzijde (dus tegenover het Ronde Gebouw) in 2016 een werk gerealiseerd van beeldend kunstenaar Martijn Sandberg. Hij bedacht een soort hedendaags antwoord op de muur van Moore. Ook hij maakte een baksteenreliëf, maar nu van een strak letterpatroon, waarin te lezen staat: ONE MORE WALL WELL DONE.


Bekijk hier de nadere beschrijving en uitleg.